Post-groei en de post-groei-samenleving

ofwel, de post-groei-mouwen opstropen

Door Ellie Smolenaars

postgroei, Beeld Elisa Riva op Pixabay Voortjagen op het pad van economische groei? Of zijn er goede alternatieven, die meer mensen op een gezondere en minder schadelijke manier betrekken bij de economie? Het fenomeen 'post-groei' kan oriëntatie bieden en er is flink wat kennis over beschikbaar. Wat is post-groei? Hoe ziet een post-groei-samenleving eruit? Inclusief goede groei-tips en originele stemmen.

Klik hier om dit artikel te downloaden als pdf-document.

Groei als positieve visie op mens en samenleving, voor wie en ten koste van wat?

Economische groei lijkt de normale, nastrevenswaardige situatie te zijn. Is er geen economische groei, of zelfs krimp, dan is dat reden tot zorg. Dat heeft goede redenen: economische groei betekent welvaart, met genoeg voedsel, kleding en onderdak. Groei betekent een zekerder toekomst, want veel is makkelijker in een situatie van groei.
Toch voelen veel mensen zich geen deel van een economisch groei-scenario van 'steeds meer'. Meer welvaart gaat ook samen met ongelijkheid, concurrentie op de woningmarkt, milieuschade, stress en logistieke dozen in het landschap. Een van de antwoorden daarop is 'post-groei', een poging anders te denken en leven.

Post-groei: vijf elementaire invalshoeken

Post-groei gaat een stap verder dan groei, het is letterlijk de situatie na de groei, de groei voorbij. Dat is breed en toch te doorgronden met vijf elementaire thema's. Deze thema's zijn alle meetbaar te maken en je kunt ze positief of negatief waarderen. Sommige zijn ook tegenstrijdig en dat maakt de volgende lijst oprecht geschikt om post-groeiplannen te smeden. In deze paragraaf werken we de volgende vijf thema's uit:

  1. Post-groei is een positieve fase
  2. Post-groei verwijst naar samenlevingstypen
  3. Post-groei belicht de negatieve effecten van economische groei en alternatieve processen
  4. Post-groei is een sociale beweging met (sub-)culturen en een streven naar cultureel omdenken
  5. Post-groei-praktijken in het dagelijks leven draaien om persoonlijke autonomie
1. Post-groei is een positieve fase
klimaat en verandering

In een economische cyclus kan op de periode van groei, non-groei volgen, dat wil zeggen stilstand of krimp. Ook geringe groei is al bijna post-groei te noemen, omdat lage groei in de economische cijfers meestal gekwalificeerd wordt als onvoldoende. In een post-groei-optiek is lage groei of krimp positief, het is een next step op weg naar een betere toekomst. Een beetje cryptisch en inleidend dit begin, want cruciaal is om welke post-groei-ontwikkeling het precies gaat.

2. Post-groei verwijst naar samenlevingstypen

Post-groei-samenlevingen concentreren zich op een andere verdeling van tijd, arbeid, geld en materie.

a. In een 'Ontschaarste Samenleving' (Janssen 1992) is er meer aandacht voor het ontschaarsen van geld, tijd en arbeid. Ontschaarsing levert een bijdrage aan de ontwikkeling van mensen tot 'autonome, mondige en vrije burgers'. Jansen, uitvinder van het woord 'onthaasting' (Atlas van de Nederlandse taal), verbindt dit rechtstreeks aan de noodzaak van de homo economicus een homo ecologicus te maken. Zo is er een andere, bredere definitie van arbeid nodig, zodat er voldoende van is voor iedereen en er niet een harde en kwetsende concurrentie om schaarse loonarbeid heerst.
Invoering van een basisinkomen past in deze lijn en is een symbolische daad (Ketterer 2019): een vast inkomen zou mensen minder afhankelijk maken van betaalde arbeid en andere levensmogelijkheden openen. Urban (2019) schrijft over de huidige 'verwildering van arbeidsrelaties' met veel precaire, slechtbetaalde en flexibele arbeid. Samen met de 'financialisering' van economie en samenleving, moet het streven zijn: meer democratisering van economie en eigendom.

b. In een 'Zorgende Democratie' (Tronto 2013) staat zorg op nummer één. Het zou niet langer primair erom moeten gaan dat de staat zorgt voor protectie van rijkdom, maar om het genereren van zoveel mogelijk zorg voor elkaar. Het is een mooie omkering in pandemie-tijden. Het eerste doel van een samenleving is zorg bieden aan iedereen. Erg actueel is de betaling in de verpleging. En de vereiste ondernemersgeest in het sociaal werk:

“Ik ben uit het maatschappelijk werk gegaan om twee redenen. Ten eerste omdat ik bij een stichting werkte en er gebeurt maar even iets in de economie en de kraan gaat dicht, de overheid stopt met investeren en dan stopt dat traject ook. Dan ga je nadenken: ik moet mezelf in een financiële situatie zetten, in een onderneming en door succes te laten blijken ervoor zorgen dat een bepaald percentage doorstroomt naar een stichting. Dat is waarom ik financieel rijk wil worden, dat er wel continuïteit is, want als je iets start met iemand die hulp nodig heeft, dan kan je niet iemand die twaalf, dertien jaar in een situatie zit in een maand of drie helpen. Daar ben ik mee opgegroeid, dat stukje helpen, dat gaat niet stoppen. Ik moet daarvoor geld binnenhalen. (Sociale Alliantie 2018)

c. Tal van (zeer!) verschillende levensmodelanalyses besteden aandacht aan post-groei-elementen: met meer aandacht voor persoonlijke zingeving versus de versnelling (de Happinez; de resonantie-theorie van Hartmut Rosa); de 'FIRE'-movement Financial Independence/Retire Early, het pensioen het liefst al met 40 laten ingaan, of zelfs met 30 jaar; traditionelere rolverdelingen met de 'retro-housewife'-movement. Een ander voorbeeld is de trend tot de-materialisering als gevolg van digitalisering (more from less): we hebben genoeg aan een smartfone en de rest is overbodig. Typ de termen in en lees over de mensen die deze trends doen.

3. Post-groei belicht de negatieve effecten van economische groei en alternatieve processen

a. Externaliserings- en verdringingseffecten.
Als het op de ene plek rijker wordt, betekent dit niet zelden dat elders mensen armer zijn en daar gebruik danwel misbruik van wordt gemaakt. Hiervoor sluiten mensen graag de ogen. De situatie wordt daardoor nog paradoxaler: enerzijds neemt de schade door economische groei enorm toe, en toch kunnen mensen en samenlevingen er niet zonder en gaan er maar mee door. Groeisamenlevingen zijn daarom 'externaliserings-samenlevingen' (Lessenich 2019).
Een voorbeeld zijn de loonverschillen tussen Oost- en West-Europa en de zorg voor ouders en kinderen. De armeren leveren diensten aan de rijkeren. Het lijkt een win-win-situatie, maar is dat echt zo, vragen post-groeiers zich af. Of is dit een doorgeschoten geografische arbeidsdeling? De rijken moeten op hun beurt hard doororganiseren om die zorg en hun huis weer te kunnen betalen en hun kapitaal veilig te stellen. En intussen zijn er hele klassen met kinderen in Roemenië en Bulgarije waarvan de ouders maandenlang weg zijn.
Andere voorbeelden vind je in de bouw van mega-voetbalstadia of soja-akkers, waarbij je steeds de vraag moet stellen: hoe worden verlies van eigendom en natuur weer goed gemaakt? Wat zit erachter? Dörre (2019) beschrijft dit 'Landnahme'-fenomeen, ofwel 'het land-in-beslag-nemen'-fenomeen. Zo lopen veel Nederlandse boeren stuk op groei, moeten steeds hogere investeringen doen en komen in de schulden, terwijl ze eigenlijk liever een ander model willen leven.

“Hierachter hebben we een koeienboer zitten, maar je moet zoveel investeren, je hebt al veel geïnvesteerd en dan nog meer, dat wordt achter het bureau beslist, niet in de praktijk. Dan wordt er een superheffing ingevoerd, werd opgeheven, die stopt en die stopt, dan bouw ik mijn stal uit,
maar toen kwam er een wet met je mag maar zoveel koeien per hectare, en die boeren hebben geïnvesteerd, maar ze mogen niet meer koeien hebben. Als er onverwachts een wet in het leven wordt geroepen, dan hangen ze. Dan heet het: vóór 2028 investeren, nu vervroegd zelfs naar 2022, en dat is te kort, dan krijgen ze dat niet voor mekaar. Het is nog tot daar aan toe als ze het kunnen verdienen, maar ze zijn blij dat ze overeind blijven, laat staan dat ze moeten investeren. (Sociale Alliantie 2018)

b. kritische blik op efficiency -en prestatiedenken.
Hier is het trefwoord vervreemding. Rationalisering gaat als een golf door alle domeinen, vaak samen met digitalisering. Door het onderwijs, door zorg, middels het meten van prestaties in studiepunten, studietijd, zorgindicaties, zorgminuten. Post-groei-denkers hebben meer oog voor de negatieve effecten van deze processen; onder het vernis van de welvaartssamenleving broeit het en zijn er meer keuzes en meer ziektes (Smolenaars 2001). De diagnoses leiden ook tot nieuwe initiatieven, bijvoorbeeld in het streven naar een andere economische wetenschap, met meer humanomics, een Brede Welvaartsmonitor, of een zogenaamde B-economie, met B-ondernemingen die winst en sociale doeleinden niet tegenoverelkaar stellen, maar een 'inclusief kapitalisme' uitproberen.

c. meer aandacht en steun voor kleinere processen en kleinschaligheid.
De kwaliteit van kleinschaliger productie, van midden- en kleinbedrijf, familiebedrijven, kleine groepen, startende coöperaties. Op een lager schaalniveau is het eenvoudiger menselijker te produceren, je kent de mensen, de klanten, de collega's. Denk bijvoorbeeld aan directe vermarkting van boerenproducten, aan vrijwilligerswerk, aan de mogelijkheid om naast een (gedeeltelijke) uitkering te werken, aan het belang van toegankelijke wijkvoorzieningen.

Een oplossing voor armoede? Minder bezuinigen op publieke wijkvoorzieningen en meer van de mensen in ruil terugvragen; misschien hoeft het niet allemaal voor iedereen zo luxe. En als het dan met de economie goed gaat, mogen ouderen die leven van alleen AOW het ook best merken. "Het is moeilijk ervan rond te komen, echt moeilijk." (...) Het gaat beter met de economie, dat wordt steeds gezegd en dat klinkt zo mooi. Maar je merkt er niks van. Ik merk alleen maar dat de gemeente moet bezuinigen. Misschien in het zakenleven, daar gaat het beter, maar ik zit niet in het zakenleven." (Sociale Alliantie 2018)

4. Post-groei is een sociale beweging met (sub-)culturen en een streven naar cultureel omdenken

Post-groei-bewegingen zijn groepen die willen de- of ontgroeien (engels: de-growth-movement). Dan kan het gaan om minder reizen, of minder vlees eten, over kleiner wonen, in tiny houses, of autark leven, om meer biodiversiteit, meer natuur, om minder CO2. Kortom, van tiny houses- tot wormhotelcompostpioniers en eigenzinnige levenskeuzes (Vegter 2020). En dit sluit aan bij het volgende en laatste element:

5. Post-groei-praktijken in het dagelijks leven draaien om persoonlijke autonomie

Post-groei zie je dagelijks in de praktijk, in verschillende opzichten: als je weinig geld hebt, doe je in principe bij elk supermarktbezoek aan zoveel mogelijk post-groei: door weinig uit te geven, aan goedkope producten. Dat doen rijkeren ook. Mensen die langere tijd van een lager inkomen rondkomen, vertellen dat het ook gaat over andere waarden: dat je van alles kunt delen; dat je familie gezond is; je de basisrekeningen kunt betalen en de picknick met thermosfles een alternatief is voor de koffie op het terras. Er bestaan flinke grenzen aan wat je kunt willen.

“Ik was altijd op zoek naar geld, naar fondsen. Voor het filmen. (...) Die had ik toen in mijn zak kunnen steken, maar dat heb ik aan die film besteed. (..) Toch had ik steeds: als ik maar min best doe, dan komt het wel goed. Dat vond ik toen, maar het is klinkklare onzin. Het is echt heel American Dream gedacht.” (Armoede Live 2008: 68)

Idealiter is post-groei daarmee: keuzevrijheid, persoonlijke autonomie en realiteitszin. Het gaat om zeggenschap over welk werk je kunt aannemen, om keuzes, ook op latere leeftijd over welke opleidingen je kunt volgen, om keuzes over arbeidstijden, over het vermijden van burn- en bore-outs. Dit is niet de vrijheid van laat-me-maar-met-rust-in-mijn-eigen-gezellige-huis, maar een positieve, actieve vrijheid van mogelijkheden en kansen die je krijgt in de publieke ruimte (Arendt 1958).

Post-groei is geen anti-groei

Post-groei? Dat is toch een hobby van oudere rijke linkse mannen. Zo reageerde een Japanse collega toen ik vertelde te schrijven over het thema post-groei. Ze doelde op de reactie van Japanse jongeren die na jarenlange stagnatie 'gewoon' economisch groei willen, vooruit willen, niet bezig willen zijn met alleen maar de nadelen van groei. En dat is interessant, deze reactie – wel jammer dat er categoraal zondebokken voor worden benoemd.
Deze Japanse jongeren hebben echter een goed punt. Als je rijk bent, kun je tegen groei zijn, omdat je al rijkdom bezit, welvarend leeft en weinig hoeft op te geven. Dat verklaart ook de relatief welvarende achtergrond van Friday for Futures-jongeren, Groen-Linksers, in Duitsland Die Grünen. Het misverstand is, zij zijn niet anti-groei, ze willen een andere toekomstige ontwikkeling, er zijn ecologische grenzen aan de groei.

Interessant aan de vijf post-groei-invalshoeken is dat post-groei nooit de betekenis van 'stilstand' heeft. Steeds gaat het over alternatieven: wat gaan we doen in plaats van het voortjagen op uitputtende paden, wat ondernemen we nog meer. De ontdekking van het thema maakt dat je actief kritische vragen blijft stellen bij groei in al zijn facetten. Het zijn geen vragen die voortkomen uit de wens om uit te rusten, of je vast te laten zetten in een apathische crisismodus. Het is, kortom, geen anti-groei-houding. Dat kan ook niet: groei is een basisnatuurgegeven.

Groei is ontleend aan de natuur en van oorsprong groen

Groei is van oorsprong een woord dat ontleend is aan de natuur en betekende 'groen worden'! En verrassend zijn de verwante woorden: 'maar waarschijlijk zijn de verwante woorden groeien, → groen en → gras '. 'De oorspronkelijke betekenis is dus ‘groen worden’ te zijn. Daaruit ontwikkelde zich de betekenis ‘groei gaan vertonen’ en vandaar algemener ‘toenemen in grootte, omvang’ en overdrachtelijk ‘toenemen in frequentie, in intensiteit’ etc.' ((http://etymologiebank.ivdnt.org/trefwoord/groei geraadpleegd 18.09.2020).

Conclusie: post-groei is goede groei

Het taalnatuur-intermezzo laat zien dat groei van oorsprong groen is. Maar ook dat 'economische groei' een normaliteit geworden is waar je vraagtekens bij kunt en moet zetten. In dit artikel zoomde ik niet in op de meest waanzinnige effecten van economische groei – over landschap en grondstoffen die 'op' raken. Niets over de slechte kanten van economische groei die je kunt zien, ruiken, horen: de afvalbergen, inclusief opgerolde afgedankte plastic grasvelden en opgestapelde maairobots; meer en langere hittegolven; gestrand zijn in Moria; gevoelens van zinloosheid bij flexjobs.

De hoofdvraag moet zijn: wat is goede groei? Post-groeiers zijn tegen slechte groei en voor goede groei. En 'goed' en 'slecht' kun je meten, je kunt waardes toekennen en weten, als je tenminste een morele visie bezit en wilt toepassen. Gaan we nu terug naar de vijf invalshoeken van post-groei, dan blijken dat excellente kompassen te zijn. Hopelijk ook voor de miljarden in het Nationaal Groeifonds. En voor politieke coalities die willen regeren met een morele agenda van goede groei.

Tips voor goede groei

Post-groei = goede groei =
. het ontschaarsen van arbeid, tijd, geld en materie
. het promoten van zorg voor elkaar in brede zin
. het stimuleren van processen zoals kleinschaligheid
. het ontmoedigen van schadelijke efficiency- en externaliseringsprocessen
. het vergroten van persoonlijke autonomie, van kansen van mensen.

Discussie: digitalisering is niet gelijk aan goede groei

In deze snelle tijden kun je technologie niet onbesproken laten. Techniek, economie en samenleving zijn nauw met elkaar verweven. Aan apps, betere afstemming en IT-ers wordt soms een almachtige hoop voor de toekomst verbonden, met specifieke mensbeelden en in kleine, machtige netwerken (Musk; MIT; Artificial Intelligence; 'mindful optimism') (Tegmark 2018: 332). Smart tech zou niet alleen goed zijn voor 'mensen', maar voor 'de mensheid'.

Het marktkapitalistisch groeisysteem heeft ontplofbare trekjes: het demonteert zichzelf, is een oncontroleerbaar systeem (Polanyi 1944), het pleegt steeds weer creatieve destructie van mens en technologie om nieuwe markten te ontginnen. De platform-economie – van airbnb tot marktplaats, funda en fintechs - is daarvan ook een voorbeeld. Het is een explosief-invasieve economie die ten doel heeft groot-groter-groeien-de grootste te zijn. Nieuw en aantrekkelijk, maar met dezelfde donker-destructieve kanten als de vroegere industrialisatie.
Daarom is ooit de sociale markteconomie ontstaan, gebaseerd op economische groei, maar met zekerheidsventielen om ontploffingen en schade te vermijden en de sociale vrede te bewaren. Post-groei bouwt daarop voort, gaat nog een stap verder en streeft naar goede groei. Opstropen dus die post-groei mouwen, iedereen kan meedoen, juist nu. 

Ellie Smolenaars, september 2020

Literatuur

Afdrukken